Minister Schouten wil definitie ‘melkveehouder’ in staatssteunbesluit geheim houden

door: Eric Janssen op 01/06/21 in Agri & food, Staatssteun,


In 2018 voerde de minister van LNV het fosfaatrechtenstelsel in, een aantal veehouders zetten vraagtekens bij de verdeling van de rechten. Op 30 april vroegen zij de minister duidelijkheid te geven over de gebruikte definitie van het begrip ‘melkveehouder’. 28 mei ontvingen de veehouders een brief waarin de minister laat weten niet bereid te zijn de door de veehouders opgevraagde stukken beschikbaar te stellen.

De definitie van het begrip ‘melkveehouder’ is belangrijk om vast te stellen of de verdeling van de fosfaatrechten op juiste gronden heeft plaatsgevonden. Het fosfaatrechtensysteem is een vorm van staatssteun waarvoor Nederland toestemming heeft gevraagd en gekregen van de Europese Commissie.

Afwijzing door de minister

De ministers stelt in haar brief dat de veehouders geen belang hebben in deze zaak en is om die reden niet bereid de opgevraagde stukken beschikbaar te stellen. Dit tot ongenoegen van de betrokken veehouders. Daarbij meent de minister dat er ‘gewichtige redenen’ zijn om het verzoek te weigeren. De stukken zouden namelijk vertrouwelijk zijn. „Dat klinkt wel ondemocratisch”, stelt Eric Janssen, één van de twee advocaten, die de veehouders bijstaat.

„Hoe kan de definitie van een wettelijk begrip vertrouwelijk zijn?”, vraagt Janssen zich af. Hij staat de veehouders bij in de procedure.

Vervolgstappen

„Nu de minister de gevraagde stukken niet heeft verstrekt, rest de vier landbouwers niet anders dan kwestie aan de rechter voor te leggen Het is afwachten tot welke uitspraak dat leidt,” legt Janssen uit. Met de stap naar de rechter starten de veehouders een 843a-procedure. Middels deze procedure kunnen belanghebbenden stukken opvragen bij de tegenpartij, die zij nodig hebben om een stelling te bewijzen. In beginsel is de tegenpartij verplicht de betreffende stukken te verstrekken. „Een artikel 843a-procedure wordt beoordeeld door de civiele rechter, dit in tegenstelling tot alle beroepszaken van melkveehouders tegen de weigering om fosfaatrechten toe te kennen, die worden behandeld door de bestuursrechter. Dit kan een voordeel zijn. De civiele rechter is nog niet heel actief bij het fosfaatrechtendossier betrokken geweest. Maar er zijn inmiddels wel enkele uitspraken waaruit blijkt dat de civiele rechter een andere kijk op de zaak heeft dan het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Bovendien heeft de civiele rechter laten zien bereid te zijn vergaande uitspraken te doen. Kijk maar naar de Urgenda- en de recente Shell-uitspraak ten aanzien van het klimaatbeleid”, licht Janssen toe.

Knelgevallen

Eén van de uitgangspunten van het fosfaatrechtenstelsel was, volgens de minister, het creëren van een gelijk speelveld voor alle melkveehouders. De fosfaatrechten zouden naar behoefte worden uitgedeeld. Het onrechtmatig uitgeven van fosfaatrechten aan veehouders, die mogelijk niet onder de definitie van ‘melkveehouder’ vallen, heeft een groot aantal melkveehouders in de problemen gebracht, aldus de betrokken veehouders. De Stichting Fosfaatknelgevallen is onder andere opgericht, om deze zaak aan de orde te stellen. Het bestuur van de Stichting bestaat uit Ronald Beulink, Arjan Tolkamp en Marcel Grondman. Zij nodigden verschillende veehouders uit als belanghebbende naar voren te treden bij het opvragen van de staatssteunstukken. Aan de hand van deze stukken kunnen de advocaten Kocer en Janssen beoordelen of de fosfaatrechten correct zijn toegekend en of het zinvol is een procedure aan te spannen tegen de overheid.

Donateur

Om deze hele procedure te kunnen bekostigen heeft de Stichting Fosfaatknelgevallen, die optreedt namens meerdere veehouders, een website gelanceerd. Op www.stichtingfosfaatknelgevallen.com staat beschreven waar de stichting zich voor inzet en op welke wijze veehouders en andere belanghebbenden een bijdrage kunnen leveren.

Dit artikel van Hermien van der Aa verscheen in juni 2021 op melkvee.nl (Agrio). 

REAGEREN OF VRAGEN?